dinsdag 19 november 2013

Dwellingup


Dwellingup Lane Poole Reserve National Park

Zaterdag 16 november tot en met maandag 18 november 2013

We gaan de wildernis in! Weg van de stad met zijn luxe en vertier en herrie en criminaliteit. Dankzij het slimme inpakken van Marianne krijgen we al onze campingspullen redelijk netjes in de Prado gepropt. We nemen afscheid van onze buurman Don, een ‘miner’ van Nederlandse afkomst, die eigenlijk chef kok van beroep blijkt te zijn, en we bedanken onze huisbazen aan de poort voor het aangename verblijf op hun camping. Karinnyup camping kunnen we van harte aanbevelen! We nemen de Southwestern Highway. Perth en zijn voorsteden blijven heel lang aan ons kleven, we rijden wel een uur voordat we een beetje een plattelands gevoel krijgen. Pas bij de afslag Dwellingup wordt het echt landelijk, een smalle, fris geasfalteerde tweebaans weg door het bos. Na een goed half uur plotseling het bordje Dwellingup. Een gemoedelijk dorp midden in het bos, groot geworden door de houtkap. De toeristen info geeft ons een routekaartje naar het national park Lane Poole Reserve, zeven kilometer het bos in. Intussen bekijken we de fotoexpositie van de grote brand in Dwellingup van 1961. Tragisch natuurlijk, zo’n brand, maar toen gebeurde er kennelijk eens iets in het dorp waar nu nog over vertelt kan worden. Pronkstuk van de expositie is de gerestaureerde brandweerauto die de brand heeft helpen blussen. 

Echt wildlife! De kukaburah poseert braaf voor ons op campground Baden Powell


Aan de ingang van het reserve een dikke slagboom met een ranger. We vertellen dat we een nachtje willen kamperen in het park. ‘Do you have a reservation?’. Nee, geen reservation, had dat dan gemoeten? Vooruit, ze wil ons er wel in laten, maar dan moeten we op de Baden Powell campground gaan staan, daar mag je staan zonder reservation. Kost 11 dollar in plaats van de verwachte 15, keurig met een bonnetje. De ranger herkent meteen dat we 65 plus zijn en dus in aanmerking komen voor een concession, we hoeven haar er niet op te attenderen. 

Campground Baden Powell
 
Ons plekje onder de ochtendzon.

De binnentent is bijna helemaal van gaas, zo kun je ook als er veel vliegen of muggen zijn lekker 'buiten' zitten.


Bomvol staat de grote campground Baden Powell! Het is zaterdag, de dag waarop veel Australiërs de wildernis in trekken voor een ‘barby’ (barbecue), een gezellig potje bier en wat geouwehoer met de ‘mates’. We vinden helemaal achterin nog een aardig plekje met wat zon voor ons solar paneel en genoeg schaduw voor de tent. Tien meter verder een miniatuur tentje met daarin twee veertigers, die elkaar blijkbaar net ontdekt hebben. Het tentje wipt gezellig mee met de twee bewoners… Midden op het terrein een grote groep, die kennelijk een verjaardag viert. Vlak naast ons een Indiaas echtpaar met twee kinderen en oma, met geen andere accommodatie dan een heel klein tentje en de auto. Oma heeft kennelijk de pest in, mama ziet ook geen heil in dit avontuur, maar papa heeft echte quality time met zijn twee zoons. Als 20 meter verderop een caravan een heel rumoerige boeren generator start, beginnen we het ergste te vrezen voor de nachtrust.

We wandelen een stukje door het bos. Prachtige aronskelken zomaar in het wild, een grote King Jarrah even verderop, een van de weinige overgebleven oude bomen. Het bos bestaat uit aangeplante dennenbomen en eucaliptus. Gelukkig (nog) niet op de rij gepoot, zodat het er wel echt als een bos uitziet. De Murray stroomt langs de campground en veel mensen zwemmen in de pool, een heerlijk oord voor een dagje met de familie. Maar met natuur heeft het bijzonder weinig te maken, dat is snel helder. 

Marianne omarmt de King Jarrah. Nee, lukt niet...


Geheel tegen de verwachting in toch een rustige nacht. Tussen 20 en 21 uur sterft het gedoe helemaal uit en om 21 uur is het stil! Ook wij liggen tegen die tijd met onze e-reader in bed, veel ander vertier is hier niet, en als je buiten blijft zitten dan wordt je opgegeten door de muggen.

Tot onze verbazing stroomt de plek in de vroege uren van de zondag vrijwel helemaal leeg! En ’s avonds staan we er nog met drie groepjes, een luidruchtig Australisch gezin met generator, bouwlamp en harde muziek, een groep heel beschaafde Japanse jongelui die vriendelijke gezelschapsspelletjes doen, en wij. Overdag verkennen we op ons gemak het park, uiteraard met de auto. We hebben een vergeefse poging gedaan een stuk te lopen, maar tussen hier en daar is niets en de afstanden zijn te groot. 

In het park zijn de wegen niet verhard, maar een 4x4 heb je hier echt niet voor nodig.

Stoffig, die gravel roads!

Na 2 uur gravel hebben we besloten onze normen voor een 'schone auto' toch maar bij te stellen naar Australisch niveau


We vinden al snel in het park veel geschiktere plekjes voor mensen, die natuur zoeken. Dat zijn de plekjes, waar je voor moet reserveren. Midden in het bos, een klein stukje vlakke grond voor auto en tent, en de volgende plek enkele tientallen meters verderop. ‘Groups not allowed’, en we snappen nu ook wel waarom. Idyllische plekjes aan het water, hier en daar wat mensen met overwegend hebben we het park voor ons zelf. We hebben onze les geleerd: Niet naar een campground in een national park in het weekend! Zondag tot en met donderdag is veilig, daarna breekt de hel los… En dat geldt zeker voor campgrounds in de buurt van de grote stad. 

 
Een van de vele paradijselijke hoekjes.

En we hebben nog wat dingen geleerd. Drie dagen is echt het maximum dat we met onze voorzieningen vrij kunnen staan. 35 liter water blijkt genoeg voor drie dagen, vermits je niet al te hoge eisen stelt aan ‘persoonlijke hygiëne’. Een onverwacht probleem blijkt de koelbox te zijn. Die zou gemakkelijk paar dagen op een accu moeten kunnen draaien, maar na twee dagen blijkt de spanning onvoldoende, tenzij je intussen flink hebt kunnen bijladen met het solar paneel. Het paneel moet in de zon staan, maar zelf willen we liever niet in de zon staan… Hier in het bos hebben we maar een klein deel van de dag kunnen laden omdat er (gelukkig) veel schaduw is. Hier moeten we nog een oplossing voor vinden, anders moeten we warm bier drinken…

In het park was totaal geen telefoon ontvangst, noch van Vodafone, noch van Telstra. Schrik dus niet als we regelmatig een aantal dagen onbereikbaar blijken te zijn. 

Zo brengen we de avond door, wat schrijven, een borreltje, het lijkt wel vakantie.


We gaan nu en paar dagen naar een camping in de buurt van Mandurah, aan de kust, ongeveer 60 kilometer ten zuiden van Perth. De ‘persoonlijke hygiëne’ moet weer een beetje op peil worden gebracht! En we willen onze mail ophalen. En vers bier kopen…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten